432

Al bijna dertig jaar leeft de schrijver van dit blog met een suizend geluid in zijn oren: tinnitus. De laatste bevindingen wijzen erop dat door een defect in het gehoororgaan de hersenen een signaal missen en het ontbrekende geluid reconstrueren. Dankzij hen horen we fantoomklanken. Ze zijn even weg, wanneer er gedoucht wordt en het water aangenaam de spoken wegklatert.

Een tijd terug heb ik mij naast een oscillograaf gezet en stelde vast dat het gepiep in mijn hoofd om en nabij de 6900 Hz. zat. Dat is stukken hoger dan altissimo A in het derde register van m’n tenorsax. Er zijn gehoortoestellen op de markt die een antigeluid produceren, waardoor het eigen leed kan worden weggedrukt. Met mijn sax kan dat in ieder geval niet (misschien kon Michael Brecker het, maar die kunnen wij helaas niet meer te hulp roepen).

De volgende vraag is nu: heeft mijn tinnitus een stemming zoals gangbaar in de muziek? Waar ik dacht iets onschuldigs te willen uitzoeken, blijkt de queeste tot een omvangrijk moeras te leiden. De holenmens raapt een riethalm op, ontdekt dat je er een buis van kunt maken en blaast een toon. Het is nog geen jazz, maar de muziek is geboren, zou je zeggen. De wereld verrijkte zich met mooie klanken.

De ellende begint, wanneer de mens mobieler wordt. De opkomst van stoomtrein en vliegtuig doet hem beseffen dat we met elkaar dreigen vals te spelen, omdat de stemmingen onderling niet kloppen. Lang is er gevochten over de standaardisering ervan. Er zijn (complot)theorieën volgens welke de oorlogsindustrie voorafgaand aan WO I en WO II bewust op A = 440 Hz., hoger dan de tot dan toe gebruikelijke frequenties, heeft aangestuurd. Een hogere frequentie zou opruiender zijn en de luisteraars tot agressie aanzetten. Als dat waar is, begrijp ik waarom ik een boze buurman heb.

De Volkskrant van 10 maart 2017 heeft mij ertoe gebracht de bedoelingen van de Vrijzinnige Partij erop na te lezen. Wat te denken van de onderstaande video, waarin gepleit wordt voor de lagere stemming van 432 Hz. Laat duidelijk zijn dat ikzelf niet insta voor de consistentie van de beweringen in de video. “E = energie, motie = in beweging” (vanaf min. 10:00), wordt er bijvoorbeeld plompverloren beweerd; ik versta Latijn en kan een ieder verzekeren dat dit verlakkersetymologie is.


↑ Ernö Olah pleit voor A=432 Hz.

Beter onderbouwd (wel met de nodige vooringenomenheid) is het referaat van Jonathan Tennenbaum, The foundations of musical tuning, Fidelio vol. 1, nr. 1, 1992, pp. 47-57. (Zie ook Schillerinstituut over de ‘pitch game’.) De mens vormt een onderdeel van het universum en voelt zich prettiger bij natuurlijke klanken. A = 440 Hz. valt buiten iedere verhouding binnen het universum en kan daarom alleen maar de hogere orde verstoren.

Natuurkundige Johannes Kepler (1571-1630) heeft erop gewezen dat in de astronomie de harmonische verhoudingen gebaseerd zijn op de verhoudingen van de gulden snede en die zijn ver te zoeken bij A = 440 Hz. De gulden snede bepaalt dat de zijde van een vijfhoek zich tot de diagonaal vanuit de eerste naar de derde hoek verhoudt als 1 : 1,618.

Nu wil het toeval (of juist niet) dat toonsafstanden zich op dezelfde wijze verhouden:

in een octaaf
C → Eb → G → C (C mineur toonladder) = 0 → 0,459 → 0,618 → 1
en andersom in een kwint
C → E → F# → G = 1 → 0,618 → 0,459 → 0

Een toonligging van C = 256 Hz., die neerkomt op A = 432 Hz., past in alle door Kepler in het universum aangetroffen verhoudingen. Het getal 440 valt daarmee niet te rijmen, als je althans uitgaat van de gulden snede. Het getal 256 daarentegen staat gelijk aan 2^8, een binaire vermenigvuldiging (=BIN 10000000).

In Europa heerste in de 19de eeuw op dit vlak muzikaal chaos. Ook de Italiaanse componist Giuseppe Verdi heeft zich in de discussie gemengd, want hij stoorde zich aan de hoge ligging. Mijns inziens had zijn bijdrage een praktisch doel: Verdi schreef veel voor de zangstem en die werd met een lagere ligging gespaard.

Al in 1939 zijn er afspraken gemaakt om tot één stemming, de hogere, te komen, maar daarbij is de wens van een groot deel van praktiserende musici in Europa genegeerd. Zij opteerden voor de lagere, want natuurlijke stemming, waaraan zij gewend waren. In oktober 1953 kwam de International Standardizing Organization bijeen om te stemmen over de verhoging van de standaardstemming van A = 432 Hz. naar A =  440 Hz.

Sindsdien is de hoge ligging de standaard en indirect is dat te danken aan de jazz en de jazzmusici! De meeste blaasinstrumenten werden vóór WO II in de Verenigde Staten gefabriceerd en in de jazz was een hogere, want helderdere klank, de mode. Deze wens werd in 1953 gehonoreerd.

Er zijn volop voorstanders van de natuurlijke stemming. Neem bijv. Omega 432. Als we de schrijvers mogen geloven, is A = 440 Hz. onnatuurlijk, zeer stressy en gevaarlijk voor het menselijk welbevinden. Een onthutsende conclusie, want mijn passie is venijn voor de wereld. Ik ga mijn buurman steeds beter begrijpen.

Er is ook wetenschappelijk getest door Trevor Cox (professor aan de University of Salford): een grote groep mensen kreeg 1369 (sic!) muziekstukjes, twee aan twee gepresenteerd, te horen en moesten hun (subjectieve) bevindingen aangeven. Het resultaat is hieronder in beeld gebracht.


↑ Staafdiagram van Trevor Cox: mate van appreciatie afgezet tegen diverse stemmingen (A=416 tot A=465); boven 440 Hz. wordt muziek onaangenaam gevonden.

Wie zich nog verder wil verdiepen in deze materie: Roel Hollander heeft een groot deel van zijn blog gewijd aan de 432-tuning, toegespitst op de saxofoon. Je ziet hem verderop staan met een Borgani tenorsax in 432-stemming, speciaal voor hem gemaakt. Maar ja, met wie kan hij erop meespelen?

We blijven van muziek en de jazz houden! Daarom… (in de hoge stemming, dat wel)


↑ Ben van den Dungen speelt ‘So In Love’ (Ciao City, 2013).

Nog één (toevallige?) vondst van mijn kant: 432 x 2 x 2 x 2 x 2, A in het vijfde register dus, blijkt 6912 te zijn. Mijn tinnitus (zie hierboven, tweede alinea) is in harmonie met de wetten van het universum.